Marechal NV - Tuincentrum boomkwekerij

onsdag, oktober 27, 2004

KLIM-EN GEVELPLANTEN

KLIM-EN GEVELPLANTEN

Een tuin kan niet zonder verticale accenten. Klimplanten zijn daarvoor de ideale versierders, ter verfraaiing van een muur, prieel of pergola of om een lelijk hekwerk aan het oog te onttrekken.

Elke klimplant heeft wel iets aantrekkelijks, een rijke bloei, een mooi blad, opvallende bessen. Kortom in de meeste tuinen is er wel een plaatsje dat door een gepaste klimplant verfraaid kan worden. Bovendien zijn ze ook zeer geschikt voor kleine tuinen en zelfs voor geveltuintjes omdat ze zo weinig ruimte innemen in de grond.

Er is veel vraag naar groenblijvende klimplanten, maar het aanbod hiervan is echter vrij beperkt. Om u toch een kort overzicht te geven van ons assortiment volgt hier een indeling.




Groenblijvende klimplanten



Hedera hibernica

Ierse of grootbladige klimop, heeft een sterke groei en kan zowel als

bodembedekker en als klimplant fungeren. Klimop is één van de snelst groeiende klimmers en dus ideaal om zo vlug mogelijk een groene wand te creëren. Bovendien is klimop zelfhechtend en dus makkelijk in gebruik. Wanneer klimop tegen een draad wordt geplant is het wel aan te raden de klimopranken erdoor te weven, tegen een muur is een kleine hulp soms makkelijk, om het omwaaien van de klimopranken te voorkomen. Gemiddeld worden er 5 klimopplanten per lopende meter aangeplant.

Soms worden andere bloeiende klimplanten ertussen geplant om toch wat kleur te geven. Dit doet men best wanneer de klimop al een zekere hoogte zodat de andere klimplant er makkelijk (zonder andere klimhulp) tegenaan kan groeien.

Klimop kan zowel een zonnige als schaduwrijke standplaats verdragen.

Andere klimopsoorten kunnen ook dienst doen als klimplant, maar groeien minder snel als de gewone grootbladige klimop.

• Hedera helix: kleinbladige bosklimop

• Hedera helix ‘Goldheart’: met gele vlek in het midden

• Hedera colchica ‘Dentata Variegata’: ovaal blad met witte rand

• Hedera colchica ‘Sulphur Heart’: met onrgelmatige licht- tot groengele vlek middenin



Pyracantha = Vuurdoorn

Pyracantha wordt niet echt tot de klimplanten gerekend omdat het eigenlijk meer om een heester gaat die men voor een muur aanplant en niet ertegen. Wij hebben hier dus eigenlijk met een gevelplant te maken. Het voordeel aan een vuurdoorn is dat hij groenblijvend is, en een mooie sierwaarde heeft in de winter wanneer hij overladen is met talrijke bessen Ook de vogels houden zich graag schuil tussen de takken van deze heester. De vuurdoorn, is echter wel overladen met talrijke grote doornen.

• Pyracantha ‘Red Column’: met rode bessen

• Pyracantha ‘Orange Glow’: met oranje bessen

• Pyracantha ‘Soleil d’Or’: met gele bessen



Lonicera = Kamperfoelie

Sommige kamperfoelie soorten zijn halfgroenblijvend. Zij verlangen wel een klimhulp bestaande uit bv. een klimrek of draadstructuur. Voorkeur voor een zonnige standplaats, halfschaduw wordt soms ook verdragen.

• Lonicera henryi: smal donkergroen blad, geelwitte bloem, blauwzwarte bessen

• Lonicera japonica ‘Halliana’: sterkgeurende geelwitte bloemen

• Lonicera japonica ‘Hall’s Profilic’: zeer rijkbloeiend met welriekende geelwitte bloemen

Andere kamperfoelie soorten worden besproken onder de bladverliezende klimplanten.



Clematis armandii

De enige groenblijvende clematis met witte geurende bloemen in april - mei.

Vraagt wel enige winterbeschutting.

Andere clematis soorten worden besproken bij de bladverliezende klimplanten.



Bladverliezende klimplanten



Actinidia = kiwi

Snelgroeiende zeer decoratieve klimplant met eetbare eivormige vruchten.

Om de vruchten te bekomen is het nodig één mannelijke per 2 à 3 vrouwelijke planten samen te zetten. Sommige soorten zijn éénhuizig en dus zelfbestuivend. De vruchten van deze zelfbestuivers zijn wel kleiner dan bij de tweehuizige rassen.

Actinidia houdt van warmte en licht. Voor productie groeien kiwiplanten aan sterke ijzerdraden, waar de stengels zich omheen winden. Hun enorme groeikracht kan door snoei (in de vroege lente, later nog eens in de zomer) in toom gehouden worden.



Akebia quinata

Tijdens de bladontwikkeling in april begint Akebia quinata te bloeien. Het is een mooie slingerheester met purperbruine welriekende bloemen en een decoratief vijftallig blad. In een warme zomer kunnen grote opvallend groene en later lange purperblauwe vruchten ontstaan.

Als de groei te sterk is, kan na de bloei worden gesnoeid.



Aristolochia durior = Duitse pijp

Grote hartvormige bladeren, bloemen lijken op een Duitse pijp maar zitten verscholen achter het blad. Aristolochia heeft dan ook vooral sierwaarde als bladplant. De kleur is prachtig frisgroen en de bladeren groeien dakpansgewijs over elkaar.

Stelt weinig eisen aan de grond maar prefereert een lichte tot volledige schaduw.

Heeft klimhulp nodig.



Campsis = Trompetbloem, trompetklimmer

Mooie trompetvormige oranje-rode soms gele bloemen. Bloeit in augustus-september (nazomer) Door ze in de lente kort terug te snoeien krijgt men mooiere planten die niet gesteund moeten worden. Verlangt een zonnige beschutte plaats.



Celastrus = Boomwurger

De naam boomwurger klinkt niet zo aardig maar geeft wel weer hoe het met de groeikracht is gesteld. Als de windende takken eenmaal een boom te pakken hebben, krijgt de kroon het zwaar te verduren. Celastrus is een sterk groeiende slingerheester met kleine onopvallende groenwitte bloemen. Vruchten zijn oranjegeel getint welke zeer lang aan de plant blijven, zeer decoratief.



Clematis = Bosrank

Bekend geslacht met vele soorten en hybriden met een bijzonder mooie bloei.

Zij verlangen een voedzame goed doorlaatbare bodem. Zij gedijen in zon en halfschaduw, maar de voet van de plant moet beschermd worden tegen zonbestraling.

Dit kan men simpelweg oplossen door bv. een dakpan (of heester) voor de plant te plaatsen.

Het moment van eventuele snoei wordt bij Clematissen bepaald door de bloeitijd. Cultivars die in mei-juni bloeien worden na de bloei gesnoeid. Clematissen die in juli-augustus bloeien, kunnen in maart flink worden teruggeknipt.



• alpina: klokvormige violetblauwe bloem in april-mei

• montana ‘Grandiflora’: sterkgroeiend, witte bloemen in mei-juni

• montana var. rubens: zeer talrijke lilarose bloemen in mei

• montana ‘Tetrarosa’: talrijke donker lilarose bloemen in mei-juni

• tangutica: knikkend diepgele bloem in juni-september, grote zilverachtige zaadpluizen

• vitalba: (=bosrank), roomwitte welriekende bloemen in juli-september Grootbloemige cultivars:

• Hagley-Hybrid: diep satijnrose bloemen in juli-september

• Jackmanii: violetblauw in juli-augustus

• Lasurstern: diep purperblauwe grote bloemen in mei-juni en augustus-september

• Madame Le Coultre: zeer grote witte bloemen in juni en augustus-september

• Nelly Moser: wit-rose gestreept, grote bloemen in mei-juni en augustus-september

• Rouge Cardinal: rode bloemen in juni-september

• The President: diepviolette bloem in (mei) juni-augustus (oktober)

• Ville de Lyon: purperrode bloem met licht purperrode streep in juli- september

• Vuvyan Pennell: in het voorjaar (mei-juni) opvallend gevuld, in het najaar (augustus-september) enkele bloemen, violetblauw



Humulus lupulus = Hop

Sterkgroeiende klimplant, bovengronds gedeelte sterft jaarlijks af.

In de herfst overladen met talrijke geel-groene hopbellen.

Kan gedijen in zon of halfschaduw.



Hydrangea petiolaris = Klimhortensia

Ideale klimplant tegen een muur op de noordkant en op een schaduwrijke plek.

Hij kan flink groeien, maar is goed in toom te houden. Aan de oude takken vormen zich hechtwortels. Jonge planten moeten worden aangebonden.

Witte bloemschermen met grote steriele randbloemen in juni – juli.



Jasminum nudiflorum = Winterjasmijn

Sterke heester met gele bloemen in februari-april, en lange harde takken die tegen een muur of schutting geleid kunnen worden. Oude takken eventueel na de bloei uitdunnen.

Voorkeur voor een zonnige standplaats.



Lonicera = Kamperfoelie

Kamperfoelies zijn zeer geschikt als decoratieve begroeiing van muren gevels en priëlen. Ze hebben meestel heerlijk geurende bloemen en bloeien zeer lang. Ze verlangen een zonnige standplaats, maar verdragen ook halfschaduw. De groenblijvende soorten hebben we reeds besproken, daarom volgt nu een opsomming van de bladverliezende soorten.

• x brownii ‘Droppmore Scarlet: oranje-rode bloemen, bloeit zeér lang

• x heckrottii: sterk geurende violetkleurige bloemen met geel hart, purperrode vruchten

• x heckrorrii ‘Goldflame’: goudgeel tot oranjegele bloemen, buitenzijde purperkleurig, in juni-september

• periclymenum: boskamperfoelie, geelachtige bloemen van juni tot augustus

• periclymenum ‘Belgica’: buitenkant purperachtig, binnenzijde geelachtig

• periclymenum ‘Serotina’: violetrode met binnenin gele bloemen

• tellmanniana: gele bloemen



Parthenocissus = Wilde wingerd

De wilde wingerd is een zeer sterke klimplant uitermate geschikt om grote oppervlakten mee te begroeien. Met effectieve zuignapjes (hechtschijven) werkt de wingerd zich razendsnel omhoog. Ze zijn zeer geliefd omwille van hun prachtige rode herfstkleur. Ze houden van voldoende ruimte en groeien in elke grondsoort.

• quinquefolia: groot blad, geschikt om over daken of schuurtjes te groeien (steun)

• tricuspidata ‘Veitchii’: zelfhechtende wingerd met klein blad, prachtig rode kleur in de herfst

Wingerd wordt soms al eens foutief rode klimop genoemd.



Passiflora caerulea = Passiebloem

Krachtige snelle groeier met zeer mooie speciale bloemen tot 10 cm in juni-september.

Zij verlangen een zonnige warme standplaats, liefst tegen een muur op het zuiden en een goed doorlatende grond. Tijdens de groeiperiode is het wel belangrijk dat de plant goed nat gehouden wordt. De basis van de plant met stro of bladeren afdekken in de winter als bescherming tegen de strenge vorst.

Zeer decoratieve klimplant.



Fallopia aubertii (Polygonum) = Bruidssluier

Zeer sterkgroeiende klimplant met in de herfst een massa witte bloemtrossen.

Een hoogte van 12m wordt moeiteloos gehaald en is vandaar geliefd bij begroeiing van appartementen en dakterrassen. In andere gevallen is het aan te raden de plant sterk in te tomen.

Bruidsluiers hebben voorkeur voor een zonnige standplaats, maar halfschaduw wordt verdragen. Ze stellen geen specifieke eisen aan de grond, hoewel op droge plaatsen het blad voortijdig kan vergelen.



Rozelaars = Klimrozen

Klimrozen worden dikwijls langs een pergola of prieel geleid omwille van hun weelderige bloei en heerlijke geur. Ze verlangen een zonnige standplaats met een minimum van zes zon-uren per dag.



Vitis = Wijnstok

Druiven verlangen een zonnige standplaats, voedzame grond en voldoende ruimte.



• coignetaie: hoog groeiende sierdruivelaar met een zeer mooi blad dat in de herfst purperrood verkleurd.



• Vroege van der Laan: eetbare witte druif

• Boskoop Glory: eetbare blauwe druif



Wisteria = Blauwe regen

Sterk groeiende klimplant die men in maart moet terugsnoeien door de lange scheuten te verwijderen. In de groeiperiode zoeken de stengels overal houvast . Zorg voor sterke gegalvaniseerde draden om de scheuten goed te leiden. De bloei is vanaf half mei, maar laat de eerste jaren soms wel een beetje op zich wachten.

• sinensis: hoge klimplant met lila blauwe bloemen in trossen voor de bladontwikkeling, links windend (tegen de zon in)

• sinensis ‘Alba’: met witte bloemtrossen

• floribunda: latere bloei, blauwviolette kleinere bloemen, rechtswindend

• floribunda ‘Alba’: lange witte bloemtrossen, rechtswindend (met de zon mee)

• floribunda ‘Rosea’: met rose bloemen, rechtswindend



Planttips !

Bij de aanplanting van klimplanten is het belangrijk (net zoals bij andere planten) om de juiste grondvoorbereidingen te maken, d.w.z. een voldoende groot plantgat met toevoeging van plantcompost dat men ondermengt met de eigen grond.

Voor de meeste klimplanten wordt een plantafstand van 1 per lopende meter gehanteerd. Bij klimop wordt een gemiddelde genomen van 5 per lopende meter.